Zo omschrijft Ewoud Van Eetvelde, bandlid van Zap Zaltan, wat muziek voor hem betekent. Vrijdag 24 januari stonden zij in De Koer voor het caféconcert. Wij interviewden Jelle Meeze en Ewoud Van Eetvelde, twee van de drie bandleden van Zap Zaltan. Stijn Demuynck vervolledigd de band. (E.R)
Zap Zaltan op hun optreden in De Koer. V.l.n.r.: Jelle Meeze, Stijn Demuynck en Ewoud Van Eetvelde. (foto: Emma Roose)
Ewoud Van Eetvelde tijdens het optreden. (foto: Emma Roose)
Hoe was het voor jullie om in De Koer op te treden?
Jelle: “Het was heel fijn om daar op te treden, het was zelf verrassend goed, heel fijne ontvangst ook. We hadden wel het gevoel ingesloten te zitten toen we aan het optreden waren, maar dat lag aan onze keuze om onder het lage plafond te spelen. Het was net of we in een doos zaten, waardoor de muziek misschien niet helemaal tot in de zaal projecteerde en tot zijn recht kwam. Al is het wel zo dat dit bij veel concertzalen het geval is. Toch was het een hele leuke plek om te spelen, het publiek was heel aandachtig en enthousiast.”
Hoe ben je bij De Koer terecht gekomen?
Ewoud: “Stijn, de drummer van onze band heeft een residentie voltooid bij De Koer, hij stond al in contact met de werkgroep. Toen er een band de show moest afgezeggen hebben wij dan voorgesteld om te op te treden in hun plaats. De Koer heeft ook gewoon goede concerten.”
En dan nu over jullie muziek, hoe zouden jullie die muziek omschrijven?
Ewoud: “Muziek is voor mij een boot waar je met uw gedachten op kunt varen. Ik denk dat wij echt wel een mooie reis kunnen maken.”
Jelle: “Dus onze muziek is aanvaar(d)baar. (lacht)”
Ewoud: “Aanvaardbaar! Ik ben ervan overtuigd dat iedereen in zijn eigen droom zit en dat wij die droom aangenamer maken. Wij maken het leven leuker voor de mensen die naar onze muziek luisteren. Ik zou het ook omschrijven als verrassende muziek. We kunnen zacht en lieflijk spelen, maar ook scherp uithalen en dat contrast maakt het boeiend.
Waar halen jullie je inspiratie vandaan?
Jelle: “Ikzelf schrijf niet de muziek voor Zap Zaltan. Ik probeer mijn inspiratie vooral in te vullen door het gegeven van de band en het moment waarin we ons bevinden. Sowieso kruipt alles wat je ooit gehoord hebt mee in die vijver aan ideeën.”
Ewoud: “Ik haal mijn inspiratie uit het luisteren naar andere artiesten van kleine bands. Elke dag komen er artiesten bij en dan hou ik ervan om dingen te ontdekken. Daarnaast zoek ik naar systemen. Zo’n systeem is dat
ik een theoretisch idee opschrijf en daar dan op verder tracht te borduren. Daar welt mijn enthousiasme van op. Ik beschouw dat idee dan als een veld om in te spelen en om parameters in uit te testen. Dat werkt beter voor mij dan een stuk vooraf helemaal uit te werken.”
Hoelang spelen jullie al samen? Waar hebben jullie elkaar leren kennen?
Jelle: “Wij hebben elkaar leren kennen op het conservatorium in Gent. Dat is nu zeven jaar geleden. We speelden toen voornamelijk op jamsessies samen, nooit echt in een vast project. Soms speelden we wel mee op het examen van iemand aan het conservatorium. Daarnaast hebben we ook veel op straat gespeeld als busker, samen met onze goede vriend/saxophonist Nickias Van Damme.”
Ewoud: “Stijn heb ik leren kennen door hem te zien optreden als bandleader van Grundstein. Op een zomerdag was ik van plan om nog eens naar zijn band te gaan kijken. Het was een hele mooie dag en de muziek paste daar zo mooi bij. Toen voelde ik een drummer die een muzikant was op zijn drumstel. Hij was niet bezig met het typische drummen. Hij was muziek an sich aan het maken. Dat is blijven plakken en zo heb ik dan anderhalf jaar geleden eens geregeld om met ons drieën samen te spelen. Dat was de eerste keer.”
Zijn jullie geschoolde muzikanten of zijn jullie autodidacten?
Jelle: “Ik ben op mijn veertiende begonnen als ‘bedroom bassplayer’. De eerste jaren volgde ik enkele privélessen bij Garif Telzhanof in Leuven. Op mijn vijftiende ben ik dan in een plaatselijk punkpop bandje begonnen. J.U.I.C.E heette dat; staat trouwens nog steeds op myspace geloof ik. (lacht) Ik ben zo verder als autodidact te werk gegaan tot aan mijn voorbereiding voor het conservatorium. Ik kon geen noot lezen, letterlijk.
Mijn eerste ervaring met een muziekschool was dan in de kunsthumaniora in Brussel. Daar kregen we notenleer en leerden we de theoretische kant van muziek tot in de diepte kennen. Dat was een heel kwalitatieve opleiding. Toen ik dan uiteindelijk in Gent aankwam was ik wel nog steeds een buitenbeentje. Mijn parcours als autodidact had me op een manier eigenzinniger gemaakt. Ik was creatief sterker ontwikkeld, ten koste van mijn speeltechniek weliswaar.
“Ik heb dan drie jaar bij Nic Thys in Gent gestudeerd en hard gewerkt aan mijn basis. Hij was een beetje mijn ‘strenge grootvader’; ik durfde nooit met lege handen naar de les te komen. Zo heb ik geleerd wat discipline betekent. Daarop volgde een jaar Erasmus aan het RMC Copenhagen en een laatste jaar in Gent bij Yannick Peeters. Bij haar kon ik alles loslaten en doen wat ik echt wou, zelfs als dat niet perfect aansloot op het standaard parcours. Dat was heel belangrijk voor me. Vandaag de dag denk ik nog steeds niet echt over mezelf als een geschoolde muzikant, ook al ben ik dat natuurlijk in zekere zin wel.”
Ewoud: “Ik heb wel muziekschool gedaan en daar heb ik gitaar leren spelen. Uiteindelijk heb ik de dingen waar ik nu mee bezig ben mezelf aangeleerd. Ik heb een eigen manier gevonden in mijn spelen en mijn manier van leven.
Met wat ben je momenteel bezig op muzikaal of
persoonlijk vlak?
Ewoud: “Bij Zap Zaltan zijn we nu in een proces waarin we zoeken naar wat er werkt en wat niet. Ik vind het leuk om een minimale voorbereiding te voorzien; dingen uit te proberen en het pas later concreet te maken. Zo blijven we de muziek altijd net iets anders spelen. Nieuwe en inspirerende dingen gebeuren vaak heel onverwachts. Dat maakt het zinvol maar ook kwetsbaar.
Dingen kunnen echt wel verknoeid worden. Hier moeten we een balans vinden tussen vrijheid en structuur. We moeten onszelf de volgende vraag stellen: hoeveel zekerheid willen we creëren, ten koste van vrijheid? Momenteel nemen we al alles wat we spelen op, waardoor we heel wat muzikale input hebben door het herbeluisteren van repetities. Wanneer er iets onverwachts gebeurd tijdens een repetitie, dan kan daar bijvoorbeeld een nieuwe compositie uit voort vloeien.
Ik zeg altijd dat we tegen de zomer een echte band gaan zijn (lacht). Naar de zomer toe willen we dan ook graag wat muziek uitbrengen. Iets fysiek, tastbaar, dat vind ik best belangrijk in de digitale wereld van vandaag.”
Zap Zaltan in De Koer. (foto: Emma Roose)
Hebben jullie muzikale ambities?
Jelle: “Ik heb enkele jaren geleden tijdens mijn studie in Kopenhagen ontdekt dat het zinloos voor me werd om telkens hoger op te willen spelen. Toen heb ik een lange tijd geen muziek meer gespeeld, een lange sabbat zeg maar. Ik ben op reis vertrokken richting het Oosten en toen ik eindelijk terug was ben ik op een radicaal andere manier beginnen spelen.
Ik kan mezelf niet meer motiveren om te spelen in functie van een carrière. Ik heb geprobeerd die visie terug op te nemen maar het glijdt van me af, het geeft me geen voldoening meer. Vandaag de dag richt mijn ambitie zich op een intern process; zo eerlijk en aandachtig mogelijk spelen. Er gebeuren ongelukjes, je speelt wat onvoorziene dingen, maar het algemene gevoel is warmer, gezelliger en authentieker. Er is connectie, communie, er gebéurt iets!”
Ewoud: “Vooral groeien in het technisch kunnen spelen, maar ook in onze carrière zodat we op grotere plekken kunnen spelen. Ik zou heel graag nog eens twee jaar super hard muziek spelen. Nog eens een zware duik nemen in de muziek. Het zou heel fijn zijn om in een positie te staan waar we in deftige zalen kunnen spelen en dat er volk speciaal naar ons komt kijken. Maar de ambitie om op Rock Werchter te staan, heb ik niet echt al zou het wel grappig zijn eigenlijk (lacht).”